INGREDIENTEN

• 4 hertenbiefstukjes
• 1 kleine knolselderij
• 2 stevige appels
• 2 eetlepels cognac
• 100 gram boter
• 2 eetlepels bieslook
• snufje nootmuskaat
• 125 mililiter crème fraîche
• zout
• versgemalen peper

BEREIDINGSWIJZE

Snijd de knolselderij in plakken. Bewaar de mooie groene blaadjes voor de garnering. Verwijder de schil. Snijd de knolselderij in dobbelstenen. Schil de appels. Snijd ze in vieren en verwijder het klokhuis. Besprenkel de parten met cognac. Kook de knolselderij in gezouten water in ongeveer 15 minuten gaar. (Bak intussen de hertenbiefstukjes). Verhit de boter in een koekenpan en bak de biefstukjes snel aan beide kanten. Ongeveer 4 minuten per kant. De juiste baktijd hangt af van de dikte van het vlees. Het vlees dient van binnen rosé gebraden te zijn. Schep de biefstukjes uit de pan en bestrooi ze met zout en peper. Dek ze af met aluminiumfolie om ze warm te houden. Bak in het achtergebleven braadvet de parten appel aan beide kanten lichtbruin. Giet de gare knolselderij af. Pureer de dobbelstenen met behulp van een staafmixer of een andere keukenmachine. Breng het op smaak met peper, zout, bieslook en nootmuskaat. Roer de crème fraîche door deze puree. Verdeel de hertenbiefstukjes, de gebakken appel en knolselderijmousse over de borden. Giet vervolgens het braadvocht uit de pan over de biefstukjes. Garneer tenslotte de knolselderijmousse met selderijblad.